Land, lucht en water
Natuurlijk gaan ze in elkaar over. Dat is wat Lon Pennock met zijn kunstwerk wilde bereiken: de vanzelfsprekende overgang tussen de drie natuurelementen als monumentaal en ritmisch oriëntatiepunt in een verder weids landschap. De gedachte De grens tussen land en water was het vertrekpunt voor de vorm van het werk. De oplopende beweging van de oever vindt u terug in de schuin geplaatste objecten die vervolgens weer naar het water toe buigen. Volgens de kunstenaar vormen de pylonen een verwijzing naar havenkranen of reigers, die een duidelijke band hebben met dat water. Het roestbruin van het cortenstaal tekent fraai af tegen de kleuren van de lucht en het landschap, extra aandacht scheppend op de aanwezigheid en het ritme van de drie elementen.
Achtergrond en visie van de kunstenaar
De in 1945 geboren Leonardus Petrus Paulus Pennock studeerde beeldhouwkunst aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag van 1962 tot 1967. Hij vervolgde zijn studie in Parijs. In de jaren die daarop volgden ontving hij diverse aansprekende prijzen. Traditioneel opgeleid, veranderde hij al snel in een abstracte, zelfs minimalistische kunstenaar.
“De vormen die zich in de wereld voordoen – de monumentale vorm van een vliegtuig, de blokken basalt van een pier of van een brugconstructie – ze hebben voor mij meer met beeldhouwkunst te maken dan de objecten die op de academie als kunst worden aangemerkt. Het gaat om vormen door mensen gemaakt, maar zonder de pretentie kunstwerk te zijn. Ze zijn onveranderlijk en hebben een natuurlijke aanwezigheid.”
Geschenk van de provincie
De Plastiek – 3 roestbruine zuilen aan de Rotte – is in 1974 door het provinciebestuur aan het recreatieschap Rottemeren geschonken.