De vrienden van Frans

Frans Maarse kan vanuit zijn woonark aan de Rechter Rottekade genieten van de vogels die rond de rivier vliegen. Op een zonnige dag gooit hij het raam open en geeft hij de vogels wat te eten. Frans bestudeert de vogels maar wat graag. “Ik kan ze hier heel goed observeren. Het is schitterend als ze klein zijn. Ze zijn zo snel! Dan zijn het net lijfjes met buitenboordmotoren, zoals in tekenfilms.”

Ligt het in de Rotte bij de Crooswijksebocht vol met woonarken, verderop aan de Rechter Rottekade ligt er maar één. En daar woont Frans. Op zonnige dagen opent hij zijn grote raam en strooit hij brood op het raamkozijn. Het duurt niet lang voor de duiven hem hebben gevonden. Ze komen gezellig bij hem zitten of fladderen naar binnen, naar zijn met brood gevulde handen, of zonder beleefdheden gewoon direct naar de zak met brood. “Ik heb een ochtend-, middag- en avondploeg”, roept Frans over het water. “Ja, ik ben met pensioen, dus dan heb je wat tijd over. Als je regelmatig voert, dan weten ze je wel te vinden.”

Frans’ fascinatie voor de vogels om zijn woning, begon te groeien toen hij zicht had op een meerkoetennest. “Meerkoeten hadden vlak voor mijn neus een nest. Vorig jaar hadden ze zeven eieren waar niks uit kwam, maar dit jaar hadden ze zeven jongen. Helaas is daar maar één van overgebleven”, vertelt Frans.

Reacties krijgt hij genoeg, als hij daar zo zit. Hij knoopt graag een praatje aan met mensen die op de kade hun hond uitlaten. “En de laatste tijd krijg ik reacties van mensen die zeggen dat brood slecht voor vogels is. Ik trek me daar niks van aan. Het zijn hartstikke gezonde duiven en ze eten ook andere dingen. Soms hebben ze de zaden nog op hun bekkie.”

Enige woonark

Hoe kan het eigenlijk dat Frans’ woonark de enige is op dit stuk van de Rotte? Dat komt voort uit het handelsverleden van de Rotte. “Van oorsprong komt mijn familie uit Aalsmeer. Mijn opa kocht een bootje waarmee hij bloemen vervoerde tussen Aalsmeer en Rotterdam. Mijn vader heeft dat overgenomen en er is een woonboot gekocht. Toen de auto’s kwamen is ‘ie met een vrachtauto gaan rijden. Het bootje bleef liggen als opslag naast de woonboot. Toen heeft hij een woonark laten bouwen. Er lagen toen ook andere woonarken. Die moesten uiteindelijk weg van de gemeente, maar wij mochten hier blijven. Voor ons was geen alternatieve plek.”

Niet iedereen is blij met Frans’ woning. “Er zijn mensen die een hekel hebben aan de woonark. Maar die vinden het niet erg om de hele dag tegen auto’s aan te kijken.”

POK! Tijdens het praten vliegt er ineens een duif onder het raamkozijn. Hij raakt de muur en belandt in het water. Met zijn vleugels gespreid blijft hij drijven en kijkt wat verward om zich heen. Frans komt in actie. Binnen handbereik heeft hij een soort schep staan. De reddingspoging lukt, met wat hulp van mensen op de kade. “Die duif heeft waarschijnlijk iets, of het was een jonkie”, verklaart Frans.

Bron: Nynke Vermaat, de Havenloods

Activiteiten
Kalender
Op de kaart
Bucketlist
Mijn account